Zaterdag 29 september sprak Gebert Lucassen bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten over slim samenwerken met verschillende gemeenten. “Wij hebben in Oss nogal wat ervaring met gemeentelijke herindelingen: Berghem, Megen, Ravenstein en Lith. Het einde daarvan is nog niet in zicht”, merkt Lucassen op.
Samenwerking door het aangaan van gemeenschappelijke komt steeds vaker voor en is belangrijk voor daad- en bestuurskracht van iedere gemeente. In Oss hebben we nu 11 gemeenschappelijke regelingen. De milieustraat wordt bijvoorbeeld samen met gemeente Landerd gerund. Maar dat is nog maar een kleine schaal van samenwerking. De Veiligheidsregio Brabant-Noord is een samenwerkingverband met 20 gemeenten, en in de GGD werken zelfs 28 gemeenten samen.
Vanuit de landelijke overheid komen er steeds meer taken bij voor de gemeenten, en de samenwerkingsverbanden worden steeds groter. Lucassen ziet dit vaak goed gaan: “Gelukkig zijn we in Oss zo slim om hier snel aan de slag te gaan en vanaf het begin samen te werken. Bijvoorbeeld bij de AWBZ, Jeugdzorg en Wet Werken naar Vermogen. Ambtenaren krijgen een rol als regisseur en raadsleden worden op de hoogte gehouden via nieuwsbrieven en informatie-bijeenkomsten”.
De vraag is wel wat heeft de raad te zeggen heeft in zulke grote samenwerkingsverbanden. Lucassen antwoordt: “Onze gemeente heeft in samenwerkingsverbanden vaak een coördinerende rol. En natuurlijk kunnen we kaders stellen en controleren, maar de directe invloed wordt wel kleiner als de verbanden groter worden. Als raadsleden zouden we meer tijd moeten besteden aan dit onderwerp. De gevolgen voor onze inwoners van dit soort machtsverschuivingen zijn veel groter dan bijvoorbeeld gedoe over de hoogte van heggen”.